Het is niet het Baringo Meer dat mij naar het noorden van Kenia trekt. Het is de Pokot stam, die in de omgeving van het meer nog op traditonele wijze leeft. De Pokot wonen in West-Pokot County en Baringo County in Kenia. Zij zijn de meest traditionele stam van het land. In tegenstelling tot de Maasai en de Samburu organiseren de Pokot niet op grote schaal bezoekjes van toeristen naar hun woonplek. Integendeel, de Pokot leven hun dagelijkse, traditionele leven net als 100 jaar geleden. En juist dát maakt dat ik zo benieuwd ben naar hen. Vanaf het moment dat ik voor het eerst lees over de Pokot staat vast dat ik naar Lake Baringo wil, om een klein kijkje in hun manier van leven te krijgen. Onze ontmoeting met de Pokot is indrukwekkend. Ik neem je mee, naar een kleine verzameling hutjes in het noorden van Kenia.
De voorbereidingen
Lake Naivasha en Lake Nakuru weten veel reizigers in Kenia wel te vinden. Er zijn er slechts een aantal die verder reizen naar Lake Baringo. Het kost me enige moeite, maar online vind ik Bashir, die boottochten op Lake Baringo aanbiedt en bezoekjes aan de Pokot stam en Ruko Giraffe Conservancy regelt. We appen wat heen en weer en plannen een middag en een ochtend voor ons bezoek aan Lake Baringo. Omdat de Pokot het in de ochtend druk hebben met hun dagelijkse taken, spreken we af dat we in de middag na onze aankomst in Baringo het Pokot dorpje gaan bezoeken. Hij heeft Moses meegenomen, een inwoner van een Pokot dorpje aan de overkant van het meer.
Twee vrouwen van de Pokot stam vóór en in de hut
Eigenlijk was het plan om met Moses’ boot naar zijn dorpje te varen. Er is alleen erg slecht weer voorspeld voor later vandaag en dus wordt lastminute besloten om naar een ander Pokot dorpje, dat (bijna) met de auto bereikbaar is. Omdat het wel zo netjes is om wat mee te nemen als je op bezoek gaat, kopen we 5 kilo maïsmeel en tabak bij één van de winkeltjes in het dorp. Van het meel wordt ugali gemaakt, de maïspuree die in heel Kenia gegeten wordt. Tabak is een luxe die de Pokot mannen soms aan het eind van de dag samen snuiven of roken. Daarna vouwen we onszelf met 6 plus chauffeur in een verrassend nieuwe, hippe auto. We zoeven over de weg, die zo buiten het gebaande pad niet eens heel slecht is. In de berm staan 2 struisvogels met elkaar te ruziën.
Aankomst in het Pokot dorpje
Een eindje voorbij het dorpje Loruk nemen we plotseling een onverharde weg, niet meer dan een pad eigenlijk. We rijden tussen prikkelstruiken en acaciabomen over het pad van rode aarde. Een paar kilometer verderop draait onze chauffeur, op aanwijzing van Moses, de auto naar rechts. Alsof hij nooit anders doet manoeuvreert hij tussen keien en prikkelbosjes door, tot de keien te groot en talrijk zijn om verder te rijden. We laten de auto achter onder een acaciaboom als we opgewonden kinderstemmen horen. Op blote voeten komen jongens en meiden op ons af lopen. De groten dragen de kleintjes. Ze begeleiden ons in het gouden namiddagzonnetje over ene smal paadje dat zij duidelijk al heel vaak gelopen hebben.
aankomst bij de Pokot
Later horen we dat de kinderen 10 kilometer moeten lopen om water te halen, 5 heen en 5 terug. Dat doen ze dus maar eens per week, als iedereen zich ook gelijk gaat wassen. Een ezel helpt om tonnen water te vervoeren, waar heel de week zuinig mee wordt omgegaan.
Al gauw zien we op een open plek een hutje opdoemen. Een grote boom staat midden op de open plek, die wel een soort dorpsplein lijkt. Mannen en vrouwen in traditionele kleding zitten en staan rond het plein. De dames dragen kleurrijke sieraden, van heel veel kraaltjes en schelpen gemaakt. De kleding is gemaakt van dierenhuid. Voor mannen bestaat de kleding voornamelijk uit een geruite doek, die ze om hun middel hebben geslagen. De meeste vrouwen dragen een prachtige, grote, witte veer op hun hoofd. Ik ben verbijsterd. Het lijkt wel alsof ik een antropologieboek over Afrika ben binnen gelopen. Bloeiende bomen en struiken staan verspreid in de hele omgeving, wat het geheel een nog magischer uiterlijk geeft.
Vriendelijke ontvangst in het Pokot dorpje
De Pokot: een traditioneel, nomadisch volk
Een hutje van takken, met nog dunnere twijgen op het dak, staat aan de rand van de open plek. Rondom zijn bomen en struiken. Daartussen staan nog een aantal hutten. Voor de meesten moet je een paar minuten lopen. Op een tweede open plek spelen kinderen voetbal. Wij worden uitgenodigd in het hutje aan de open plek. Een vuurtje brandt. Daar worden de maaltijden voor dit Pokot dorpje op klaargemaakt. Eén van de vrouwen vertelt ons hoe ze zelf haar kleding en sieraden maakt.
Moses legt legt ons uit hoe de Pokot leven. Ook vertelt hij dat tegenwoordig de meeste Pokot kinderen naar school gaan. De volwassen zoon van de chief is ooit als enige van zijn gezin naar school geweest en heeft zelfs een opleiding gevolgd tot dierenarts, waarmee hij het nodige inkomen voor zijn dorp verdient. Alle andere inwoners zijn dagelijks bezig met het verbouwen van voedsel, het hoeden van hun geiten en het jagen op dieren. Veel bezittingen zien we niet. Een kom, een pan en een beker staan op een zelfgemaakt plankje, opgehangen tussen de struiken.
Zo traditioneel nog, maar de kinderen dragen nog geen klderdracht
De Pokot trekken rond met hun vee. Het is een nomadisch volk. Hun hutten laten ze achter in de periode dat ze elders leven. Als ze een half jaar later terugkeren hebben de hutten wat onderhoud nodig, maar zijn ze onaangeroerd door anderen. Hier op het Keniaanse platteland is er veel vertrouwen in de mens en in elkaar. Zodra de geiten een gebied hebben kaalgegeten vertrekt de stam. Overdag is een deel van de mannen op pad met de geiten, terwijl de vrouwen onder andere eten maken en een lokale sterke drank distilleren.
We zien het verblijf waar ’s nachts de geiten slapen. In een hok zijn een paar hele jonge geitjes achtergebleven. Onze jongste mag ze vasthouden, terwijl haar zus onvermoeibaar door voetbalt met de Pokot kinderen. De bal is een verzameling plastic, samengeknoopt met stukken stof.
De geiten zijn enorm belangrijk voor de Pokot
Dansen en afscheid
Na onze rondleiding door het dorpje worden we uitgenodigd om naar de traditionele dansen te komen kijken op de open plek. Het hele dorp loopt nu uit, zelfs het voetballen wordt gestaakt. De vrouwen zingen, iedereen klapt en er wordt gedanst en gesprongen. Net als bij de Maasai en de Samburu wordt er om het hoogst gesprongen. Eén voor één worden we uitgenodigd om mee te doen. In tegenstelling tot de commercieel ingestelde Maasai wordt hier minimaal 20 minuten gedanst en worden er daarna geen souvenirs verkocht.
We maken veel foto’s, waarvoor vriendelijk wordt geposeerd. Ik denk dat ik de Pokot de meest vriendelijke, rustige en gastvrije mensen van heel Kenia vindt. Een glimlach wordt hier beantwoord en er wordt wederzijds gelachen om grapjes, in tegenstelling tot op veel andere plekken waar we komen in dit land.
Dansen en afscheid van de Pokot
Als alle foto’s zijn gemaakt en alle vragen beantwoord nemen we afscheid. Onder begeleiding van dezelfde kinderen die ons bij aankomst ophaalden, worden we nu weer naar onze auto teruggebracht. Heel veel indrukken rijker rijden we terug naar onze accommodatie in het dorp, die ineens wel haast stads lijkt, na het bezoek aan de Pokot.
Meer weten? Lees deze (Engelstalige) info over de Pokot.
Pas als we een paar dagen later in Amboseli National Park zijn merken we hoe relaxt de Pokot rond Baringo zijn. Zo vriendelijk en rustig, in vergelijking met Maasai rond Amboseli.







