Varanasi is druk, maar minder stoffig en rokerig dan Gorakhpur. Een autoriksja mannetje dat ons verzekert dat we door hem niet zullen worden afgezet (tuurlijk), of bij winkeltjes worden gedropt om te shoppen tegen onze eigen wil (uhhuh) rijdt ons snel en soepel door de goed geasfalteerde straten van de stad. Bij een hotel waar we graag willen kijken betalen we hem en we nemen afscheid. Hij blijft echter wachten op een commissie die door het hotel over onze ruggen betaald dient te worden, zodra wij akkoord gaan met de té hoge kamerprijs. We nemen de kamer niet vanwege verbouwingslawaai en als we lopend naar een andere slaapplek op zoek gaan volgt de riksjabestuurder ons in zijn karretje. Hij wil zijn commissie zeurt hij. Wij hebben genoeg reiservaring in Azië en genoeg leeservaring over India om te weten dat discussiëren geen zin heeft, dus rustig lopen we door.
De kamer in het volgende hotel lijkt ons schoon en goed genoeg en we blijven, maar pas nadat we de eigenaar hebben uitgelegd hoe het zit met die man in de riksja buiten. Die weet van geen ophouden en komt zelfs als we ons staan in te schrijven verhaal halen.
De Ghats van Varanasi
De volgende ochtend beginnen we met een ochtendwandeling langs de Ganges. Dat klinkt best romantisch, maar in werkelijkheid wordt je elke honderd meter gevraagd of je een boottocht wil maken, henna op je handen wil of Afrikaantjes (de bloemen, niet de kindertjes) wil kopen voor Shiva, Vishnu of een andere God. Dan hebben we de bedelaars nog niet genoemd, die graag eten, drinken of geld willen.
Varansi aan de Ganges
Toch is het, in vergelijking met de rest wat we van India hebben gezien, relatief rustig aan het water. Bij elke Ghat (trappen aan de rivier waar mensen hun religieuze rituelen doen) is wel wat te zien, maar het is niet zo overweldigend als een tochtje met de autoriksja door het centrum. Een man loopt al zingend rondjes om het midden van een open tempel, vrouwen en mannen doen de was naast de plek waar de rioolbuis de Ganges in komt, een familie smeert roze kleurpoeder op de rug en de kop van een koe om vervolgens met de staart over hun eigen voorhoofd te wrijven, muziek en gebeden schallen over het water door enorme luidsprekers en kinderen spelen en wassen zich vlak naast de mannen die de restanten van gecremeerde mensen de rivier in vegen.
Het cremeren lijkt de hele dag door te gaan, in de open lucht naast de rivier. Enorme bulten brandhout worden aangevoerd per boot en keurig afgewogen, voordat de overledene erop gelegd en de boel aangestoken wordt. Op sommige plekken wordt met brandslangen de dikke modderlaag weggespoten die de moesson heeft achtergelaten op de paden en trappen. Een man waarschuwt ons: “watch out, there very dirty”. Aha, die modder is erg vies, terwijl we de afgelopen dagen om offerresten, kots, naar urine ruikende goten, afval en koeienvlaaien hebben heen geslalomd. Nou, we zullen oppassen hoor!
Zo smerig als in Varanasi is de Ganges nergens
Treinkaartjes kopen in India valt niet mee
‘s Middags nemen we de fietsriksja naar het station, want we hebben gehoord dat het niet altijd makkelijk is om aan treinkaartjes te komen en we willen eigenlijk morgenavond de nachttrein naar Agra nemen. In de speciale tourist-office wachten we bijna twee uur voordat we aan de beurt zijn en omdat we geen zin hebben om over een paar dagen weer zoveel tijd op het station door te brengen beslissen we meteen wat onze volgende bestemming wordt. Met elk twee treinkaartjes voor twee klasses lager en één dag later dan waarvoor we gekomen waren verlaten we het station.
De ceremonies van Varanasi en bootje varen op de Ganges
Vlak voor zonsopkomst staan we op om de rituelen van het aanbidden van de zon van dichtbij te aanschouwen. Bij de Assi Ghat, de eerste Ghat waar we komen, is het al een drukte van belang. Het is er een kermis van kleuren, geuren en geluiden. Mensen nemen een duik in de rivier, branden kaarsjes en wierook, strooien kleurpoeder, offeren gele en oranje Afrikaantjes die door koeien en geiten worden opgegeten en doen groepsceremonies waarbij iedereen een takje of grasje vasthoud en er gezongen wordt. Bij een liggende figuur gemaakt van modder, die de zoon van de rivier de Ganges voorstelt, wordt eten geofferd en een aantal vrouwen lopen er in rondjes omheen terwijl ze beurtelings hun hoofd en de rivierzoon aanraken. De dag is nog niet eens echt begonnen en het gaat er nu al verhit aan toe.
Een stukje verder gaan we na stevig onderhandelen bootje varen. Onze roeier stuurt ons langs de oever, zodat we de voormalige paleizen en de gebeurtenissen op de kant goed kunnen zien. De belangrijkste Ghats zijn nu overbevolkt met honderden mensen die vanuit heel India hier elk hun ding komen doen.
Al net na zonsopkomst is het in Varanasi een enorme drukte langs het water
Lopend gaan we terug om te ontbijten en pas aan het eind van de middag gaan we weer de deur uit, dit maal om de Ganga Aarti ceremonie te zien, waarbij de Ganges wordt vereerd. We vinden een plekje op een trap tussen alle Indiase gelovigen. Sommigen van hen hebben meer dan duizend kilometer gereisd om hier te kunnen zijn. Vandaag is namelijk tevens de eerste dag van het Ganga Mahotsav festival, hét festival aan de Ganges van het jaar. De ceremonie is een combinatie van muziek, bellen, vuur, wierook en vuurwerk, een ongekend spektakel, zoals ze het alleen in India kunnen veroorzaken.
Treinen naar Agra
We shoppen een dagje, waarbij we in eerste winkel meteen een broek vinden die qua taille past, die zelfs te lang is en in een mum van tijd wordt ingekort door een mannetje achter een naaimachine. Service van de zaak. Na een lekker uitgebreide lunch om het te vieren, maar niet zo uitgebreid dat de broek niet meer past, gaan we op weg naar het treinstation. Het blijkt onze geluksdag, want de trein is op tijd op het perron en met maar tien minuten vertraging gaan we op weg.
Met honderd Indiërs en een dozijn toeristen zitten we in één van die veewagens met tralies ervoor die je wel eens op tv ziet. Iedereen heeft z’n eigen bedje, drie hoog, zodat we met z’n negenen op vijf vierkante meter proberen te slapen. Door het voortdurende gekakel van altijd wel iemand en het constante in- en uitstappen van medereizigers komt daar niet echt wat van terecht en we zijn blij als we rond zes uur ‘s ochtends in een voorstad van Agra aankomen. Over de laatste twintig kilometer doen we dan toch weer bijna twee uur, zodat de urinegeur van de toiletten even verderop nog lekker tot ons gedeelte kan doordringen en onze gratis taxi alweer verdwenen is als we er eindelijk zijn. Wat een contrast met de aankomst in Agra van collegablogger Wendy, die Agra, Ranthambore en Jaipur in stijl bezocht. We nemen dan maar een snelle autoriksja naar het eenvoudige hotel dat we gereserveerd hebben en halen onze slaap in, voor we heerlijk eten en een eerste indruk van Agra opdoen.
Welkom in Agra
de minder bekende bezienswaardigheden van Agra
Lopend door de nog mistige straten van Agra gaan we naar één van de bekendste bezienswaardigheden van Agra: het beroemde Fort, gebouwd door de Moghul Akbar. Een voorzichtig zonnetje komt steeds hoger in de grijze lucht en de rode stenen van de kasteelmuren lijken wel te gloeien in het prachtige ochtendlicht. Binnen in het kasteel zien we veel marmer, al dan niet met gekleurde steentjes ingelegd. Het is duidelijk dat dit ooit Moslimterritorium was, maar de strenge sfeer die we in Oost-Turkije hebben ervaren, mede door de bebaarde mannen en gesluierde vrouwen, ontbreekt hier volkomen. Het is een erg mooi bouwwerk en nog in prima staat. Een leuk extraatje zijn de schattige eekhoorns die in grote aantallen de kasteeltuinen bevolken.
Tegen het eind van de ochtend lopen we door de drukke straten van de oude stad naar de Jama Moskee, wederom een fantastisch gebouw met uivormige koepels, versierd met marmeren patronen. In de omgeving van de moskee is veel bedrijvigheid in de vorm van kleine winkeltjes en straatstalletjes die de meest uiteenlopende produkten verkopen. Ezels, buffels en ossen lopen tussen alle tuktuks, riksja’s en voetgangers door en het contrast met het rustige plein voor de moskee is enorm.
Na een vlug bezoek aan de binnenkant van de moskee nemen we een riksja naar de Itimad-Ud-Daulah, ook wel de Baby Taj genoemd. Als deze tombe van Mizra Ghiyas Beg werkelijk een voorproefje is voor wat we morgen te zien krijgen zijn we nu al enthousiast over de Taj Mahal. De marmeren muren zijn zeer gedetailleerd bewerkt en met steen ingelegd en de symmetrie van het gebouw is bijzonder mooi.
de minder bekende bezienswaardigheden van Agra
Met een autoriksja wagen we ons nu door de drukte van Agra om naar het tien kilometer verderop gelegen mausoleum van Akbar zelf te gaan. In de grote tuin van het bouwwerk zijn naast de eekhoorns die we vandaag al eerder zagen ook antilopes, langurs (apen), makaken en vele soorten vlinders en vogels zoals papegaaien te zien. Het grote aantal dieren in de Indiase steden verbaast ons, het gemiddelde wildpark doet hiervoor niet onder. Ook de pracht van alle gebouwen die we vandaag bezoeken heeft ons positief verrast en moe maar voldaan keren we terug naar onze kamer.
Hét hoogtepunt van Agra, de Taj Mahal
Vandaag is het dan zover. Dé topattraktie van India staat op het programma, de Taj Mahal. De rij is lang, maar Yvonne is snel vooraan in de speciale vrouwenrij. Hier worden twee leesboeken, een fluit, onze laptop en alle ballonnen en haarspeldjes die in haar tas zitten als verboden goederen bestempeld en we worden weggestuurd om alles in een kluisje te gaan leggen. Terug in de rij wordt Peter bij de kraag gevat: green dolls (hoe dúrven ze onze mascotte Treelo, die elke reis met ons mee gaat, een green doll te noemen!) zijn ook niet toegestaan en zo moet er een tweede wandeling naar de kluisjes gemaakt worden. Nu kunnen ze echt geen reden meer bedenken om ons weg te sturen en daar gaan we dan, door de toegangspoort naar het symbool van India.
We vinden hem wel mooi, maar zijn niet laaiend enthousiast. We hebben gisteren minstens net zulke mooie gebouwen gezien en de Taj vinden we voornamelijk erg groot. We hebben echter een Indiaas maandsalaris betaald om binnen te mogen en zullen nu ook alle hoekjes uitgebreid bekijken. Een uur of twee zijn we bezig, onder andere om de welbekende foto’s van de weerspiegelende fonteinen te nemen.
De Taj Mahal in Agra, hét symbool van India, valt ons een beetje tegen
Fatehpur Sikri, leuke dagtrip vanuit Agra
Fatehpur Sikri is de stad die Akbar bouwde en al eeuwen verlaten is, op zo’n veertig kilometer van Agra. Met de bus rijden we erheen om de spookstad met eigen ogen te bekijken, maar behalve de grote moskee met zijn overweldigende toegangspoort vinden we het een beetje een tegenvaller.
Als de bus voor de terugweg verschijnt is het voor het twintig-tal Indiërs dat om ons heen staat een lastige opgaaf om te wachten tot alle passagiers die erin zitten zijn uitgestapt. Eén van hen zit al geruime tijd klem tussen de deur en iemand die juist uitstapt. Hij blijft maar doordrukken, tegen beter weten in. Gelukkig is juf Yvonne er om hem uit te leggen dat het zo niet werkt. Ergens snapt hij dat wel en hij maakt plaats om de uitstappende mensen er toch eerst maar uit te laten. Zodra de laatste passagier eindelijk de onderste tree heeft bereikt gaan nu drie wachtenden van buiten schouder aan schouder de deuropening in. Er volgt een boel getrek en geduw. De beste mensen lijken niet te snappen dat er voor alle twintig van hen een zitplaats is in een bus met meer dan vijftig stoeltjes. India verveelt nooit. 🙂
Heb jij één of meer van deze minder bekende bezienswaardigheden van Agra bezocht? Of nog aanvullende tips?
Heel mooi geschreven! Het lijkt me erg anders dat daar de hele dag door lichamen worden gecremeerd, hoe het er dan aan toe gaat met zo’n riksja chauffeur en hoe daar dan tegenover de rituelen van het aanbidden van de zon staan. Ik kan me voorstellen dat het een land van uitersten is waarin je soms niet goed weet of je er nu van houdt of toch niet helemaal… Ik ben benieuwd hoe ik het ga vinden daar!
Heel mooi beschreven weer Yvonne en wat een prachtige foto’s zitten erbij! Ik kan me voorstellen dat je een beetje gek opkijkt als iemand je voor de viezigheid waarschuwt als het OVERAL zo smerig is. Best jammer. Toch lijkt Varanasi me best een bijzondere plek om ooit te bezoeken. 🙂
Wat heb je een prachtige beschrijving gemaakt van je ervaringen in India. Ik kon me echt even een voorstelling maken hoe het lever daar moet zijn. Een hele bijzondere plek om te zijn lijkt me. Ik zou wel even moeten wennen aan alle drukte en hectiek denk ik, maar dat zal met de dagen wel komen. Hoe vonden jullie kinderen het daar? En wat heb je weer een prachtige foto’s gemaakt!
Deze reis was zonder de kinderen. Toen we met kinderen in India waren hebben we bewust gekozen voor rustigere bestemmingen en een combi van reizen met de trein en auto met chauffeur. Mede daardoor vonden ze het er net zo fijn als wij. 🙂
Het lijkt of je op twee gedachten hinkten terwijl je deze blogpost schreef. Alsof je teleurgesteld was in bepaalde dingen maar tegelijkertijd ervan houd omdat dat India voor je maakt. Leuk om eens een blogpost te lezen waarin het niet allemaal super en gaaf is. Maar waar je ook de minder leuke kanten belicht. Iets waar we als bloggers niet altijd bij stilstaan, maar wat meer dan eens voorkomt. De foto’s zijn natuurlijk weer super, maar dit keer vond ik de tekst mooier 🙂
Teleurgesteld is niet helemaal het woord, maar inderdaad wisselde het gevoel wel erg. En nog steeds hebben we dat als we er zijn. India is zo extreem, het is een beetje alles of niks en het gaat ook nooit “uit”. 🙂 Ik schrijf altijd eerlijk, ook als ik iets echt helemaal niks vind… zo schreef ik over waarom Sihanoukville zo verschrikkelijk is. Werd niet door iedereen gewaardeerd, maar ja… geeft wel weer stof tot nadenken en gesprek. 🙂