Dahab is zeker één van de meer relaxte plekken in Egypte. Zo relaxt zelfs dat we er maar liefst 10 dagen blijven tijdens onze rondreis door Egypte. Stil zitten doen we niet echt, we maken een aantal gave excursies in de omgeving van Dahab, maar tussendoor doen we het heel kalmpjes aan en als dat ergens in Egypte kan, dan is het hier wel.
Barre overtocht naar Sharm el Sheik
Vanuit Luxor zijn we gevlucht naar Hurghada, waar we slechts één nachtje blijven om de volgende dag naar Dahab verder te reizen. Om acht uur melden we ons in de haven om aan boord te gaan van de snelle boot naar Sharm el Sheik. De boot zou ons in anderhalf uur naar de overkant van de Rode Zee moeten brengen, maar we horen meteen al dat het vandaag ietsje langer zal gaan duren in verband met slecht weer. Even later komt een matroos langs om iedereen pilletjes aan te bieden tegen misselijkheid. Nou, dat belooft wat.
We zijn niet zo van het preventief medicijnen slikken, maar nemen toch elk maar een pilletje. Voor de zekerheid. Als we de haven uitvaren snappen we al gauw waarom dát het beste idee van de dag was. De golven zijn woest en gedurende het komende uur wordt het alleen maar erger. Dan zien we land en denken we er toch nog goed af gekomen te zijn. Helaas. We varen aan het land voorbij, het blijkt een eiland, om op nóg wildere zee terecht te komen. Dit is duidelijk onze minst comfortabele reisdag tot nu toe. Ever. Peter begint nu wat groen te zien, ondanks het pilletje. Uiteindelijk komen we vier uur later aan in Sharm, waar we een taxi in rollen naar het busstation, een kilometer of tien verderop.
Bussen van Sharm el Sheik naar Dahab
Aankomst in Dahab
Door een kaal, bergachtig landschap rijdt de bus over bochtige wegen omhoog. We passeren kleurrijke dorpjes, met lemen huizen in een dor, maar o zo mooi landschap. De wegen zijn bochtig en de chauffeur weet het gaspedaal goed te vinden. Gelukkig kunnen wij na die boottocht alles hebben en zelfs de achtbaan naar beneden voelt aardig relaxt. Of we zijn nog te verdoofd om er wat van te vinden. Onze beloning van de dag is de aankomst in Dahab, een rustige badplaats waar we ons onmiddellijk thuis voelen. Hier geen opdringerige verkopers en schreeuwende mannetjes overal waar je kijkt. We nemen onze intrek in een kleinschalig guesthouse en gunnen onze maag nog een klein hapje, voor we neerploffen op één oor, om deze dag gauw te vergeten.
Colored Canyon en White Canyon
Precies om acht uur op dag 3 staat er een bedoeïne met een enorme snor bij de receptie: Hussein, onze gids van vandaag. Met drie leden van een Duitse familie stappen we achterin een Landrover en nadat we ons volgens protocol aangemeld hebben bij de politie kunnen we beginnen aan onze tocht de woestijn in. We verlaten Dahab, op weg naar de Colored Canyon en de White Canyon. Het eerste uur rijden we nog over verharde weg, maar daarna is het tijd voor de vierwielaandrijving, als we het zand inrijden. De rotsen worden steeds groter en gekleurder, tot we stoppen bij de rand van de Colored Canyon. Al lopend dalen we af in het diepe gat vóór ons en als we beneden zijn zien we rode en gele steensoorten elkaar afwisselen. We zijn niet eens zo heel ver van Dahab, maar hebben het gevoel een compleet andere wereld in te stappen.
Na een afslag wordt de kloof steeds smaller. Even later rijzen metershoge muren van gekleurd steen pal naast ons omhoog, nauwelijks meer een meter van elkaar. Soms is het smalle pad versperd en moeten we over een grote rots klimmen of door een gat duiken. Onze gids Hussein ziet in allerlei rotsen dieren en mensen en ach, met een beetje fantasie zien wij het ook.
De Colored Canyon: Een compleet andere wereld op relatief korte afstand van Dahab
Het is een flinke klim om de kloof weer uit te komen, waarna we naar een oase gebracht worden om te lunchen. Het laatste stuk van die tocht gaat weer over zandsporen en soms moet er behoorlijk gas gegeven worden om boven te komen. Zeker als er zandduinen zijn. De oase is werkelijk een bizarre gewaarwording, ineens zoveel palmbomen in die kale woestijn. De bedoeïnen-familie waar we eten heeft goed z’n best gedaan op de maaltijd en de sinaasappels als toetje zijn echt de lekkerste die we ooit geproefd hebben.
Nadat we wat in het dorp hebben rondgestruind lopen we de White Canyon in, die er pal achter begint. De buitenste laag is weer prachtig gekleurd, maar de steen is zo zacht dat hij afbrokkelt en alles wat daaronder zit is wit. Het gevolg is dat er een witte laag poeder over grote delen van de kloof ligt. Deze route is zo mogelijk nog avontuurlijker dan die in de Colored Canyon en regelmatig moeten we tegen een wand op klimmen, met of zonder touwen en ladders.
De oase en de White Canyon
Aan het eind van de wandeling zijn we behoorlijk gesloopt en dus trakteren we onszelf in Dahab op een heerlijke Koreaanse maaltijd. Het perfecte einde van deze dag.
Snorkelen in Dahab
Na een lange nachtrust worden we met spierpijn wakker. We doen een poging tot lui doen, maar we hebben afgesproken te komen snorkelen met de Duitse familie die gisteren met ons mee was, iets wat we volgens hen echt niet kunnen overslaan als je in Dahab bent. Halverwege de middag gaan we eindelijk het water in en inderdaad… het is fantastisch mooi. Vissen en koralen in alle soorten en maten hebben zich pal voor de kust verzameld. Omdat het bijna laag water is kunnen we er niet te lang in blijven, maar dat vinden we niet al te erg, aangezien de kou ons soms de adem beneemt. Zo vroeg in ’t voorjaar is het water nog best fris.
Snorkelen in Dahab is best fris in het vroege voorjaar
Mount Sinaï
Ondanks de strakblauwe lucht van vanochtend gaan we toch met een vest en een jas op pad. We gaan namelijk de beroemde Mount Sinaï beklimmen, één van de indrukwekkendste bezienswaardigheden van Egypte. Ondanks de lekkere voorjaarstemperaturen in Dahab zelf verwachten we dat het op bijna 2300 meter hoogte best wel fris zal zijn.
Eerst gaan we echter het aan de voet van de berg gelegen Sint Catharina klooster bekijken en in een uurtje of twee rijden we er door een kaal berglandschap naar toe. Het blijkt enorm druk in het klooster en schouder aan schouder schuifelen we er doorheen. We hadden het ons iets anders voorgesteld, maar het is dan ook een bijzondere plek, die blijkbaar veel mensen aantrekt. Hier is ook de plek waar God als eerste tegen Moses praatte, een groen bosje struiken dat destijds in brand vloog. Gelukkig hebben we tegenwoordig wat geavanceerdere communicatiemiddelen en kunnen we elkaar even bellen of appen als we wat te bespreken hebben. 😉
Na een rondje door de kerk zijn we wel uitgekeken, maar we moeten wachten op de andere mensen uit onze groep, omdat je verplicht achter een gids aan moet hobbelen als je de berg op wilt. Het kost ons enige overtuigingskracht om iedereen het voordeel van het moeilijkste pad te laten inzien: vanaf de “steps of Repentance” heb je een veel mooier uitzicht op de omgeving en het klooster dan wanneer je via het makkelijkere kamelenpad gaat. Uiteindelijk is iedereen blij dat we hebben aangedrongen, want ondanks dat het een pittige klim is zijn de vergezichten prachtig, als we het klooster langzaam in de diepte zien verdwijnen.
Na kort bezoek Santa Catharina flink klimmen omhoog
In iets minder dan tweeëneenhalf uur beklimmen we de 3700 ongelijke treden en als we op de top van de berg staan zijn we de enigen. Het uitzicht is grandioos. We gluren naar binnen bij het kerkje dat op deze winderige hoogte staat en warmen ons daarna op in de moskee, waarvan de deur open staat. Dit is de plek waar Moses de tien geboden kreeg en daarom staan deze uitgeschreven op een bord in de moskee, zo vertelt een Israëlische medereiziger. Inmiddels hebben wij de Arabische cijfers voor één tot en met tien leren lezen en dus laten wij ons dat niet zomaar wijs maken. Acht is namelijk het laatste cijfer op dat bord. Misschien erkennen Egyptische Moslims slechts acht geboden? Nou, dan weten wij wel welke twee zij niet hebben: Gij zult niet jokken, want dat doen ze hier in Egypte de hele dag door en Gij zult geen toeristen oplichten (dat behoeft geen toelichting). Maar wellicht was ook het bord te kort en zijn er twee geboden samengevoegd. We komen er niet achter.
Wat een uitzichten, vanaf de top van Mount Sinaï
Waren we eerst nog van plan de zonsondergang van hierboven te aanschouwen, nu vinden we het allemaal toch wel erg koud en we besluiten aan de terugtocht te beginnen. Over het makkelijkere kamelenpad lopen we terug naar het klooster, waar we vlak na zonsondergang aankomen. Onze chauffeur staat al te wachten en zodra we allemaal in het busje zitten maakt hij ook nog een lange neus naar het elfde gebod: Gij zult geen honderdtwintig rijden in bochten waar zestig is toegestaan.
Jammer dat mensen niet naar Egypte durven..ik kom er al jaren en reis over 14 dagen weer alleen naar de Sinai..Ras Mohamed logeren in tentje op strand bij Bedawi.com dan de bergen in in buurt st Catherine klooster logeren in Masoudi Lodge…dan naar Dahab een weekje..alles doe ik alleen en geloof mij..ik heb nog noooooooit problemen gehad in Egypte iedereen is zeer behulpzaam en je bent hun gast…..
Wat fijn dat je zo veel positieve ervaringen hebt en dit alleen kan ondernemen… heerlijk. Alvast veel plezier op je volgende avontuur!
Hier wil ik ook al zo langs eens heen, komt er steeds niet van! Colored Canyon, super vet ook!
Echt mooi, Egypte heel zoveel kanten. Mooie foto’s!
Thanks Gabriëlle!
Wat een heerlijke oase inderdaad. En die kleuren van de Colored Canyon! (what’s in a name… )
Ja, één van de mooiste plekken die we er bezochten!
Dat is inderdaad wel een heel ander stukje Egypte! Prachtige foto’s zo met de oase!
Thx Sanne!
Jammer dat Egypte slecht staat als reisbestemming, iig in mijn direct omgeving wilt niemand er naar toe. Als je dan jouw foto’s kijkt zie je gelijk hoe mooi het land is. Lijkt mij een mooie plek om het echt Egypte te keren ontdekken.
Het is inderdaad mooi.. maar ik ga er toch ook niet meer terug, vanwege onze ervaringen met de mensen op andere plekken in ‘t land..
Wat leuk dat je over Dahab schrijft. Ik kende dit gebied helemaal niet, maar mijn collega gaat er al jaren heen en heeft er ook duiklessen gegeven. Ze was altijd zo enthousiast en na jouw blog kan ik me er wat meer bij voorstellen. Bijzondere plek en kan me voorstellen dat je er zo lang bent gebleven.
Ja, als duikbestemming is het al jaren bekend, een vriendin ging er ook weleens naartoe. Wij hebben niet gedoken, maar waren toch fan van deze plek.